11. Opbouw volgens vast herkenbare onderdelen
Tips
- In de algemene inleiding dient duidelijk beschreven te staan op welke wijze het patiëntperspectief is meegenomen in de kwaliteitsstandaard.
- Een kwaliteitsstandaard dient o.a. toegankelijke patiënteninformatie te bevatten. Neem als het mogelijk is de regie bij het ontwikkelen van patiënteninformatie. Belangrijk bij patiënteninformatie is ervoor te zorgen dat de inhoud goed is afgestemd op de kwaliteitsstandaard. Daarom is het belangrijk dat bij de ontwikkeling van de patiënteninformatie iemand met medisch inhoudelijke kennis betrokken is. Lees bijlage 10 voor meer informatie over het ontwikkelen van patiënteninformatie.
- Voor de ontwikkeling van patiënteninformatie moet tijd en budget worden gereserveerd. Als er onvoldoende budget en tijd is gereserveerd, kunt u de voorzitter, procesbegeleider, uw patiëntenorganisatie of de Patiëntenfederatie () vragen naar mogelijkheden om extra budget of subsidie te zoeken.
Beschrijving
Een kwaliteitsstandaard bevat de volgende standaardonderdelen:
- samenvatting met belangrijkste aanbevelingen (kernaanbevelingen)
- algemene inleiding
- modules over de inhoud van de zorg met aandacht voor doelmatigheid* (zie item 12, ontwikkelfase)
- module over de organisatie van zorg, als het belangrijk is
- adviezen voor e-health*, als het belangrijk is
- overzicht van belangrijkste ontbrekende kennis (kennislacunes) (zie item 13, ontwikkelfase)
- voorstel voor meetpunten (indicatoren) om gebruik van de kwaliteitsstandaard te meten (monitoren) (zie item 14, ontwikkelfase)
- adviezen die helpen bij de invoering van de kwaliteitsstandaard (implementatie) door middel van afgeleide producten zoals keuzehulpen, beslisbomen of (digitale) nascholing (zie item 15, ontwikkelfase)
- overzicht van organisatorische en financiële gevolgen, eventueel aangevuld met een onderzoek naar de schatting van de kosten
- invoeringsplan (implementatieplan) met acties en betrokken partijen
- verwijzing(en) naar patiënteninformatie
- (voorstel voor) een manier om samen te komen tot keuze-informatie en oplossingen
De algemene inleiding beschrijft het doel, de doelgroep(en), manier van werken en hoe de standaard is gemaakt, wie in de werkgroep zat (met in een bijlage een lijst van belangen die de betrokkenen hebben aangegeven), en een plan hoe de kwaliteitsstandaard wordt herzien (zie item 18, afrondingsfase). Indien nodig wordt ook een begrippenlijst toegevoegd. Bij de belangrijkste begrippen wordt waar kan beschreven welke gegevens bij de uitvoering van de zorg worden vastgelegd en uitgewisseld. Dit is een onderdeel van de informatiestandaard*.
Een module* geeft antwoord op één omschreven probleem/ knelpunt, bijvoorbeeld over gezondheid, organisatie van zorg of deelname aan de maatschappij (bijvoorbeeld werk) (uitgangsvraag, zie item 7, ontwikkelfase). Een module sluit af met een advies/ aanbeveling. Een opbouw in modules helpt bij de toepassing in de praktijk, en maakt onderhoud van de kwaliteitsstandaarden ook makkelijker. Als een module als geheel wordt opgenomen in verschillende standaarden, spreekt men van een generieke zorgmodule.
Wanneer een kwaliteitsstandaard wordt ingevoerd en dit belangrijke gevolgen voor de praktijk heeft, behoort dit beschreven te worden in de zorgstandaard.
E-health* biedt mogelijkheden voor het (verder) voorkomen van ziekte (preventie), volgen (monitoren), nazorg en zelfmanagement*. E-health* kan bijdragen aan een betere kwaliteit of betere of goedkopere zorg. Als e-health* belangrijk is, wordt dit beschreven in de kwaliteitsstandaard.